38. N°. 12 der gedragregels zegt:
„Naderen vijandelijke patrouilles of kleine benden de postenketen,
„dan waarschuwen de schildwachten den veldwachtcommandant.
„Deze zendt eene patrouille af om den vijand gade te slaan of te
„verdrijven, zonder zich door de vervolging te ver van de posten
keten te verwijderen."
Maar gedurende den tijd, tot het nemen dezer maatregelen noodig,
is de patrouille verdwenen. Ook in dit geval zouden we wenschen
het waarschuwen door vuren te doen geschieden, wat tweeërlei doel
zou hebben
den vijand benadeelm en melden''''
39. Behoudens uitzondering houden wij ons dus tegenover vijand
aan het „melden door te vuren."
"Wat met vijandelijke bedoelingen de postenketen tot onder het
werkzaam schot nadert, wordt doodgeschoten; wat niet met vijandelijke
bedoelingen komt, zal de vredelievende wel bijtijds kenbaar weten
te maken.
40. Het voorschrift behandelt onder de gedragregels der schild
wachten niet het geval, dat één of meer posten bepaald door den
vijand worden aangegrepen. Wel vinden wij in 1S6, laatste alinea
„Wanneer eene troepenmacht slechts door dubbelposten tegen ver
gassingen wordt beveiligd, zullen deze bjj eenen vijaDdelijken aanval
„in schuine richting terugtrekken om het front der troepen vrij te
„maken, terwijl de achtergelegen troepen onder de wapens komen
„om den vijand af te slaan."
Hoe zullen de dubbelposten handelen, indien een troepenmacht
door veldwachten wordt beveiligd?
41. Hoewel in de meeste gevallen de veldwachtcommandant,
tijdig gewaarschuwd, met voldoende krachten op do bedreigde punten
aanwezig zal wezen en dus zelf zijne beVelen aan de betrokken
posten zal kunnen geven, zoo kan een aanval op de posten zoo onver
hoeds en met zooveel kracht gebeuren, dat voor hulp bieden geen
tijd en het standhouden der posten niet mogelijk is.
In die gevallen zullen de aangegrepen posten, zij het dan ook voor
enkele oogenblikken en met opoffering van eigen loven, trachten den
vijand voor een oogenblik te keeren, om aan do veldwacht gelegenheid