167 dat is dus volgens het vorenstaande aan den voorzitter alléénwerd overgelaten. Aangezien een voorstel om de C. v. P., zooals wenschelijk zoude zijn, permanent samen te stellen uit een hoofdofficier, als voorzitter, en 2 of 1 kapiteins en 2 of 3 luitenants (d. w. z. totaal 4 subal terne officieren) uitbreiding der formatie van het Wapen der Artil lerie zoude medebrengen, en dit in de tegenwoordige tijden voorloopig wel tot de desiderata zal blijven behooren, zoo kan toch, op eene wijze die het gouvernement zoo goed als geen geld kost, in den bestaanden toestand gemakkelijk verbetering worden gebracht. Het zoude daarom ernstig overweging verdienen om van nu af aan 3 luitenants permanent bij de C. v. P. te detacheeren en deze officie ren (zij het dan ook slechts op het papier) in te deelen bij de 3 com pagnieën Vestingartillerie, die te Batavia in garnizoen zijn de dienst bij die compagnieën zou op de daar nog overblijvende 6 luitenants en 1 of 2 adjudant-onderofficieren dd. officier daardoor zeker niet te zwaar drukken, vooral niet zoolang het belangrijk incompleet aan kader en manschappen, bij alle korpsen ten gevolge van Atjeh en beri beri heerschende, blijft voortduren. Nog beter ware het, om, zooals W. ook in zijn boven aangehaald artikel zegt, vier leden der C. v. P. als minimum te beschouwen, doch dan zoude de vierde officier in mindering moeten komen van het effectief der sterkte van de batterij Veld- of Bergartillorie te Batavia in garnizoen, doch de zware diensten door de luitenants bij de bereden artillerie ie verrichten die, zelfs bij voltallig personeel, zoo gaarne in de donkerste tinten wordt afgeschilderd, zal menig vakman over zoo 'n voorstel de wenkbrauwen doen fronsen en daarom zal ik er maar niet verder op terug komen. Deze drie (resp. vier) leden zouden dan ook in de werkelijkheid officieel stem in het kapittel moeten hebben en van alle werkzaamhe den der C. v. P. de verantwoordelijkheid met den voorzitter moe ten deelen. Behalve dit vaste personeel zouden telkenmale, wanneer de aard der proeven dit medebracht, op voorstel der C. v. P. meerdere officieren (o. i. zooveel als maar gemist konden worden) tot het bijwonen daarvan uit Batavia naar Batoe Djadjar moeten gedetacheerd worden, voor wie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 176