11
voor een onderhandsch contract werd gesloten door de Intendance,
en verder over een Decauville-baan. Het vervoer, ook van
levensmiddelen, heefc op die wijze 3 maanden plaats gehad zonder
eenige stoornis.
Nadat te Oleh-leh het noodige voor de oprichting was voorbereid,
het emplacement, ofschoon niet geheel, voldoende was geëgaliseerd,
kon de post op den 20en November worden opgericht en bezet.
6. Oprichting van Siroen.
Oorspronkelijk lag het in de bedoeling de versterking Siroen te
bouwen van de afbraak van de posten Pager-Ajer, Pango en
Oleh-Karang. Van dit plan moest echter worden afgezien, omdat
de intrekking dier posten niet voldoende tijdig kon plaats hebben
Bovendien leverden zij weinig bruikbaars aan materialen op.
Aangezien te Lambaroe gelegenheid bestond tot inkrimping van
het logies, waardoor een paar gebouwen van het voorwerk Lomkali
konden gemist worden, werd besloten daarvan gebruik te maken
voor Siroen.
Op den 29en October werd het terrein, voor het emplacement aange
wezen, door den Eerstaanwezend Genieofficier bezocht en bevonden,
dat het aanvankelijke plan, om aldaar een aarden borstwering op te
werpen, geen aanbeveling verdiende, wijl de grondsoort daarvoor min
der geschikt en het grondwater te hoog was. Men besloot daarom tot
het maken eener liggende palissadeering.
Nadat het terrein zoover was geëgaliseerd, dat op den 3en Nov.
het tracé der versterking kon worden uitgezet, trad op den 7en Nov.
een zeer hooge waterstand van de Atjeh-rivier in, waarbij een
gedeelte van den bestaanden weg tusschen Lambaroe en Siroen weg
sloeg, hetwelk tijdelijk door een brug vervangen moest worden,
en het emplacement dras gezet werd zonder het evenwel te doen
onderloopen.
Tusschen Lambaroe en Siroen werd een Decauville-baan aangelegd
en van Oleh-leh en Kota Radja naar Lambaroe verzonden, wat bij de
de oprichting dadelijk noodig zou zijn.
Op den 14en November werd de post opgericht, doch men kon