354
goed gaat, dan komt de door mij voorgestelde chambrière slechts
op f 1.75 te staan.
Daar men bij elk bereden wapen wel mlanders aantreft, die een
slag kunnen vlechten van koord, zoo behoeven de door mij beschreven
chambrières zelden of nooit verwisseld te worden, tenzij de stok
mocht breken.
Long eer sing cis laten, wat eenvoudige samenstelling en practische
bruikbaarheid betreft, nog al iets te wenschen over, en dat wel om
de volgende reden
1°. De singelstooten zijn te laag aangebracht en komen daardoor
bij het naar voren schuiven van den longeersingel dikwijls tegen
den linkerelleboog van het paard, hetgeen onrust veroorzaakt.
2°. De model longeersingel is slechts van 2 ringen voorzien,
terwijl men er minstens 4 noodig heeft, nl. 2 voor de opzetteugels
en 2 voor de bijzetteugels.
3°. De opzetteugel ontbreekt, of wil men de teugels, die aan
den singel verbonden zijn, als zetteugels bezigen, dan ontbreken de
bijzetteugels.
4°. De passanten, die op de teugels zijn aangebracht, zijn zeer
hinderlijk en vertragen daardoor het verlengen of verkorten der
teugels.
5°. De wrong van den staartriem is te dun en te harden
aangezien de longeersingel dikwijls naar voren schuift en daardoor
de staartriem in werking komt, geeft dit aanleiding tot schaving.
6°. De teugels werken te veel als doode krachten op het mond
stuk, doordat ze niet de minste rekbaarheid bezitten en ook niet
veerend zijn verbonden aan den singel.
7°. De teugels moeten naar welgevallen van den longeersingel
kunnen worden afgenomen, om aan het rijzadel bevestigd te kunnen
worden, voor het geval men een gezadeld paard wil longeeren.
Toen bovengenoemde gebreken aan den model longeersingel mij
opvielen, trachtte ik in een en ander verbetering aan te brengen
door het laten vervaardigen van een eenvoudiger longeersingel voor
eigen gebruik. Aan dezen singel kleefden echter nog de gebreken,
sub 6 en 7 vermeld. Door een en ander kwam ik tot de
overtuiging dat een longeersingel, die aan alle eischen voldoet en