123 tairen, voor wie op geueeskundig certificaat het dragen van schoenen wordt bevolen, met de schoenen, voor Europeanen gemaakt, goed kunnen loopen. Het antwoord daarop moet men schuldig blijven. Als zeker mag echter aangenomen worden, dat elk paar nieuwe schoenen den man heel wat pijn veroorzaken zal, voor en aleer het goed zit. Vao de gemeten manschappen droegen sommigen dergelijk schoei sel, dat de duidelijke sporen droeg van in den aanvang niet gepast te hebben. Bij een der manschappen bleken de zolen aan den binnen kant der neuzen, daar waar de groote teen zich bevindt, sterk te zijn afgesleten, terwijl op andere plaatsen zelfs aan de hakken geen of weinig slijting viel waar te nemen. De schoenen waren dan ook kort geleden verstrekt. Klaarblijkelijk was dit sterk afslijten een gevolg van de omstandigheid, dat 's mans groote teen, geen ruimte in den voorschoen vindende, pijnlijk gedrukt werd door het overleder. Wellicht onbewust kwam de drager er toe daaraan te gemoet te komen, door steeds meer op de teenen te loopen; een gevolg daar van toch is, dat de groote teen platter wordt en dus de overmatige druk op den nagel vermindert. Na deze, als 't ware mislukte, proefneming werd overgegaan tot het meten der voeten, en wel over den blooten voet, eerstens omdat de voorhanden sokken slecht pasten en tweedens omdat het aldra bleek dat tusschen een met en een zonder sok gemeten voet geen noemenswaardig verschil in afmetingen bestond, althans niet in die mate, dat zulks met de beschikbare hulpmiddelen een schoenma kerslengtemaat en een meetband nauwkeurig geconstateerd kon worden. Voor de methode van meten was bepaald, dat gevolgd zou worden, die aangegeven in de Algemeene Order 1888 N°. 1. Het kwam noodig voor, levens de breedte van den voet ter hoogte der teenen te meten en zulks ter bepaling van de breedte der zolen aan den voorschoen. Zooals gezegd, werd dus de maat genomen aan den blooten en wel rechtervoet, in den rusttoestand, dus zonder dat de voet met het lichaamsgewicht was bezwaard.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 142