wetten verdiepen, zij hier aangeteekend, dat nog in datzelfde jaar
de hiervoren genoemde generaal Cl eer ens gepensionneerd werd
met. twee duizend gulden, het volle bedrag
toen voor eenen kolonel bepaald.
Kapitein Van S wie ten, dien wij nog later bij dat bataljon zullen
aantreffen, bleef gedurende 8 maanden het korps tijdelijk comman-
deeren, toen den 8en September 1837 de tot luitenant-kolonel be
vorderde majoor Bakker als zoodanig optrad.
Lang echter maakte die hoofdofficier het niet te Salatiga, dewijl
de korpsgeschiedenis van het, bataljon ons in datzelfde jaar 1837 -
na September nog twee nieuwe bataljonschefs leert kennen, nl. den
luitenant-kolonel Tan der Schalk, die met verlof naar Neder
land ging, en den majoor L i n c k 1 a e n W es t en b er g.
Hij, die er tegenwoordig over klaagt, dat men zoo vaak verplaatst
wordr, kan er zich dus heel wat mee troosten, dat het daarmede in
den goeden ouden tijd nog veel erger gesteld was.
Zien wij thans eens hoe het in die dagen ging met de wetenschappe
lijke bijeenkomsten van de officieren.
„Des Dingsdags", zoo lezen wij, „verhandelde de kapitein der
„artillerie List de rekenkunde, algebra, meetkunde, oppervlakkig het
„waterpassen en het rechtlijnig teekenen; des Maandags, Vrijdags en
„Zaterdags was het theorie, die voor de le en 2° klasse door den
„kapitein Van Swieten gehouden werd, terwijl des Donderdags de
„bataljonscommandant de beide officiersklassen vereenigd overhoorde
„Hield kapitein Van Swieten theorie over de soldaten-, pelotons-
„en bataljonsschool, den inwendigen- en garnizoensdienst, de bataljons
commandant ging hooger op met de Pivot mouvant, de Linie-
„school, tirailleur-exercitie en den velddienst.
„Ten slotte schoten des Zaturdags morgens, zoolang de westmousson
„duurde, de officieren naar de schijf."
Alleen des Woensdags dus waren de officieren vrij van het „we*
tenschappelijk bijeenkomen"
Een kapitein der artillerie hield toen een cursus in rekenen, algebra
en meetkunde, omdatnaar het schijnt een kapitein der infanterie
zoo hoog niet vloog.