BE TRANSPORTDIENST BIJ HET ENGELSCH INDISCH EN
HET NEDERLANDSCH INDISCH LEGER
{Vervolg van blz. 247.)
IV.
Uit al wat in de vorige gedeelten van dit opstel is medegedeeld
blijkt dat, hoewel reeds sedert 1860 in Britsch-Indië jaarlijks een
bedrag van meer dan f 8.000.000 werd uitgegeven om in vredestijd
transportmiddelen op de been te houden, bestemd om bij het uitbreken
van den oorlog in den treindienst voor het leger te velde te voorzien,
de organisatie zoo slecht en de voorbereiding zoo onvoldoende was,
dat de bestaande regeling in de werkelijkheid geheel onvoldoende
bleek en niet heeft kunnen voorkomen, dat men eerst na groote tegen
spoeden en ontzettende offers in staat was in de behoeften van het leger
te velde te voorzien. Er blijkt echter ook uit en dat is wel de
hoofdzaak dat de eenmaal opgedane, buitengewoon dure ondervinding
niet is verloren gegaanmet zeldzame eenstemmigheid waren alle
betrokken autoriteiten van oordeel, dat eene afdoende reorganisatie
noodig was en na het overwinnen van tal van moeielijkheden kwam
die tot stand, zoodat de verspilde schatten althans die nuttige vruchten
hebben afgeworpen, dat men daar thans eene organisatie van den
trein heeft, die, voor zoover van hier uit daarover kan geoordeeld
worden, aan alle redelijke eischen voldoet; het geheel zit flink in
elkander, is wel overwogen en behoorlijk afgerondhet stelsel is goed
in evenwicht en met de ondervinding en de locale eischen is ruim
schoots rekening gehouden.
Zooals reeds werd vermeld, is die organisatie in den aanvang van
het jaar 1883 ingevoerd en dus sedert dat tijdstip in werking.
Het is echter bekend dat in het jaar 1886, als een gevolg van den
Dl. II, 1890. 19