522
De vuurtactiek der gevechten met Inlandsche volken wijkt alzoo
van die van den Europeeschen oorlog in hooge mate af, ja, men
kan stellen, dat het verschil tusschen de rechtwijzen hier en ginds
juist op dat onderdeel van de tactiek den groötsten invloed heeft.
Mag dan de Heer Rink mijne vertoogen bestrijden uitsluitend met
eene theorie, die volkomen past voor de tactiek van den Europeeschen
oorlog? Mag hij het oordeei van Europeesche deskundigen in het
strijdperk werpen, een oordeel, dat slechts rekening houdt met Eu-
ïopeesche toestanden en op de Indische vechtwijze volstrekt geen
betrekking heeft? En ik vraag verder: Kan voor het Indische leger
een schietreglement goed zijn, dat met geringe wijziging in Europa
zou kunnen worden ingevoerd? Slechts weinige onzer schiet- en
vuuroefeningen zullen in de Indische oorlogen toepassing vinden. Ik
begrijp dan ook het nut niet van een veelvuldig individueel oefenen
op staande en knielende figuren, noch dat van een groot aantal salvo
oefeningen op groepsschijven, alle doelen voorstellende, die in onze
oorlogen zelden voorkomen. Waartoe anders zijn de figuurschijven
ingevoerd, dan om de schutters te oefenen op doelen, die zich in het
gevecht aan hunne oogen zullen voordoen? Yoor Europa is daarom
die invoering rationeel, maar hare overneming (dit woord vermeen ik
hier te mogen gebruiken) voor veelvuldig Indisch gebruik komt mij
verkeerd voor.
Bovendien heeft dat schieten op groote lappen linnen (groepsschij
ven) het nadeel, dat het den schutter afhoudt van scherp richten,
hetwelk hij tegenover den Inlandsehen vijand toch zoo noodig heeft
in zoover werken die schietoefeningen bijna even nadeelig als een
veelvuldig gebruik van losse patronen bij gevechtsoefeningen, waarbij
hoegenaamd niet gericht wordt en dat dus een groote mate van
nonchalance bij het richten doet ontstaan.
De voornaamste reden, waarom de Heer Rink de richting op den
voet voorstaat, is gelegen in de omstandigheid, dat die richting de
giootste bestreken ruimte oplevert. De schrijver kent naar mijn
oordeel voor Indië aan de bestreken ruimte veel te hooge waarde toe.
Voor den Europeeschen oorlog is de bestreken ruimte alles, trefze
kerheid alleen op den afstand, waarvoor het vizier is gesteld, weinig