550
daarheen ziet. Op gelijke wijze kan men voorwerpen, welke men op
het terrein ziet, trachten te vinden op de kaart.
De hiervoren beschreven oefening kan men spoedig afwisselen met
eene andere, even noodzakelijke, nl. met het doorloopen de kaart
in de hand van een gedeelte terrein, daarbij de wegen volgende
(later ook daarbuiten gaande) en zich goed rekenschap gevende van
de bijzonderheden, welke de weg zelf en het zijwaarts gelegen terrein
in tactischen zin aanbieden.
Is de plaats, waar men zich in het terrein bevindt, aan te wijzen,
evenals een of meer voorwerpen of gedeelten (bijv. toppen die zich
als van zelve aangeven), dan behoeft men de lijn, welke op de kaart
een dezer voorwerpen met het standpunt verbindt, maar te richten
op dat voorwerp in het terrein en het gebruik van een kompas voor
het oriënteeren der kaart is overbodig.
Wie zich op deze wijze oefent, ontwikkelt zijn voorstellingsvermogen,
maakt minder grove fouten in het schatten van afstanden, leert vlug
het terrein met de kaart vergelijken en krijgt een beter inzicht van de
kaart; het lezen daarvan zal hem hoe langer hoe gemakkelijker vallen.
Bovendien verkrijgt men hierdoor geheugen voor terreintoestand,
waardoor men verstaat de gave, om vorm en toestand van het ter
rein in dier voege te onthouden, dat men er later partij van kan
trekken voor tactische doeleinden.
Eindelijk moet men ook trachten met behulp van omringende
voorwerpen de plaats te bepalen, waar men zich bevindt.
Hoe dit geschiedt is moeilijk neer te schrijven, want daarbij zijn
te veel omstandigheden in het spel, welke alleen in het terrein dui
delijk worden, maar het is zeker dat zoo gemakkelijk eene dusdanige
bepaling kan zijn, wanneer men in de nabijheid van bekende of sterk
uitkomende voorwerpen of gedeelten is, zooveel te moeilijker zij wordt
naarmate men deze hulpmiddelen mist.
Deze vage verklaring behoeft echter niemand af te schrikken, want
wanneer men geleerd heeft terrein en kaart te vergelijken, en zich in het
terrein eene verklaring kan geven van den vorm hiervan, dan zal
men ook gaandeweg bedreven worden in het ten naastenbij bepalen
van de plaats, waar men zich bevindt, m. a. w. men zal zich in het
terrein leeren oriënteeren.