HET OVERTREKKEN VAN RIVIEREN DOOR DE VERSCHILLENDE WAPENS. De in September jl. uit de bezetting van Atjeh samengestelde en naar Edi gezonden expeditionaire colonne heeft, zooals mijn lezers bekend is, geen gelegenheid gehad om zich met den vijand te meten, doch zich moeten vergenoegen met het maken van ver kenningen en marschen en het houden van allerlei oefeningen, die, behalve haar gewone nut, bovendien hebben gestrekt om de be volking rondom onze vestiging van onze macht te overtuigen en dan ook voorzeker hebben bijgedragen om Nja Makam van de uitvoering van zijne plannen in het landschap Edi terug te houden. Onder de oefeningen, die, naar het mij voorkomt, wel de aandacht van de officieren verdienen, behoort in de eerste plaats het overtrekken van de Edi-rivier ten Z. W. van onze versterking. Dit geschiedde in den morgen van den 28cn September jl. door een detachement, bestaande uit twee compagnieën infanterie, een peloton cavalerie, een sectie bergartillerie, een korporaal en zes geniesoldaten en een ambulance met personeel. De Edi-rivier heeft ter plaatse waar de overtocht geschiedde een bovenbreedte van 15 M., terwijl de breedte van den waterspiegel de eb was bij aankomst der colonne sedert ongeveer 2 uur ingetreden toen omstreeks 10 M. bedroeg; de oevers liggen ruim 3 M. boven den waterspiegel en loopen steil af, terwijl het terrein nabij de rivier zeer modderig was, hetgeen veel oponthoud bij het overbrengen der paarden veroorzaakte. De rivier heeft in het midden altijd een ondoorwaadbare strook; deze besloeg bij het overtrekken der colonne ongeveer een breedte van 5 M. Nadat één compagnie infanterie in het bedekte gedeelte langs den rechteroever had stelling genomen, trok de voorhoede over de smalle

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 178