324
loopbaan achter den rug heb, zoowel te velde als in groote en kleine
garnizoenenterwijl dat eene jaar, voor een groot gedeelte besteed
werd om een goed kijkje te nemen in een der grootste legers van
Europa (van af de eerste recrutenoefeningen tot de najaarsmanoeuvres)
hetgeen altijd eenigszins den gezichtskring op militair gebied verruimt
en eenzijdige oordeelvellingen voorkomt.
Wie aandachtig de verschillende artikelen in dit Tijdschrift van
de hand van majoor Rink en van Fandio gevolgd heeft zal het met
mjj eens zijn, dat de strijd door deze twee schrijvers gevoerd, niet
is de quaestie van richting „op den voet" of „op het midden", doch
hoofdzakelijk van de wijze van gebruik van ons geweer te velde
in verband met de tactiek van den vijand en in verband daarmede
de wijze van de „opleiding van den schutter" bij ons leger.
De quaestie van richting op den voet of op het midden is een
uitvloeisel daarvan.
De eerste schrijver bepleit in alle zijne artikelen en kent daaraan
alleen waarde toe, de zuivere onvervalschte theorie, gebaseerd op de
ballistische capaciteit van het doode wapen, en haalt steeds en
niet zuinig de voor die theorie passende uitspraken van verschillende
Europeesche schrijvers aan, wier uitspraken en oordeelvellingen
echter geheel en uitsluitend op de toestanden en de tactiek bij de
oorlogen van groote Europeesche legers tegen elkaar betrekking
hebben. De schutter, als individu, wordt daarbij echter niet in aan
merking gebracht en nog minder Indische practijk, terrein en tactiek
onzer Indische vijanden. Al de door den schrijver behandelde ballis
tische uitkomsten van ons wapen, berekeningen, conclusiën, tabellen
enz. en vooral de geheele theorie over het bundelvuur in abstracto
behandeld, worden ook algemeen als juist beschouwd en denkt ook
niemand er aan die te bestrijden ook Fandio doet dit niet er
is daaraan dan ook niet heel veel nieuws.
Wat echter wel bestreden wordt en ook door Fandio dat is de
eenzijdige toepassing van die abstracte (en als zoodanig ware) theorieën
op onze toestanden, met geheele terzijdestelling van al het andere,
dat overeenkomstig onze, zoo in alles ten eenemale van de Europeesche
oorlogstoestanden, afwijkende omstandigheden, voor ons practisch van
meer nut en grooter gewicht is.