504 „hun Indischen of Nederlandschen diensttermijn trachten te verlengen „of te verkorten. De minder handigen zouden steeds achter het net „visschen; het toeval zou een te groote rol spelen bij de bevordering en „eene wijde deur opengesteld woiden voor mogelijke bevoorrechting of .partijdigheid, hetgeen ontevredenheid in de beide legers zou opwekken „tot schade voor 's lands dienst. Bovendien zou een gedwongen overplaat sing voor gehuwde officieren niet kinderen in vele gevallen een volkomen „ruïne zijn". Uit den aard der zaak zou het mij te ver voeren, wanneer ik het schema op den voet wilde volgen; dit is trouwens te minder noodig daar de geheele regeling staat of valt met de al of idet aanneming van art. I. Daar nu dit artikel de oplossing van de zaak slechts weinig verder zou brengen en den tegenwoordigen toestand voor een groot deel onveranderd zou laten, bestaat er op aanneming slechts weinig kans en kan ik volstaan met aan het schema nog enkele aanmerkingen vast te knoopen. In artikel II staat aangegeven dat de officieren der le categorie, in artikel I bedoeld, in den luitenants- en den kapiteinsrang op hun verzoek in de 2e categorie kunnen overgaan, ten minste als zij bij geneeskundig onderzoek voor den dienst in de Koloniën worden geschikt bevonden. Hiertegen is weinig in te brengen, alleen zou ik er op willen wijzen, dat de officieren die van de le naar de 2e categorie overgaan door hunne vroegere studiën niet op den Indischen dienst zouden zijn voorbereid. Volgens artikel VIII toch krijgen alleen degenen, die voor de 2e categorie bestemd zijn, onderwijs in de Maleische taal en in de Land- en Volkenkunde, zoomede in de wijze van oorlogvoeren, die gebruikelijk is bij de Inlandsche volken van den Ned.-Ind, archipel. In art. III wordt aangegeven, dat de officieren der 2° categorie voor de bevordering en het ontslag de ranglijst der le categorie (d i. der Nederlandsche officieren) volgen, terwijl bij de berekening van het pensioen met, hen gehandeld wordt, zooals thans met de heeren die gedurende eenige jaren van het Nederlandsche bij het Indische leger zjjn gedetacheerd geweest,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 507