64 „Welke factoren bier hun invloed doen gelden, is natuurlijk nog „niet met zekerheid uit te maken, hiertoe zal de ondervinding gedurende „eenige jaren noodig zijn. „Naar mijne bescheiden meeuing echter zijn het de volgende „oorzaken, waaraan de ongunstige resultaten, totnogtoe verkregen, „moeten worden toegeschreven". 1°. Het klimaat. De slechte invloed van het Indisch klimaat op de duiven kan a „priori als zeer waarschijnlijk worden aangenomen. Daar, waar niet „alleen de mensch, maar ook verschillende diersoorten, die in den „loop der eeuwen op Java werden ingevoerd, op den duur den in- vloed van het tropisch klimaat niet hebben kunnen ontgaan, daar „bestaat geen enkele reden om aan te nemen, dat de van uit Europa „geïmporteerde duiven aan dien invloed weerstand zouden kunnen „bieden. Het is een feit, waarvan wij het bestaan mogen betreuren, „doch waarbij we, uit gebrek aan middelen om dien invloed te be strijden, wel genoodzaakt zijn ons neer te leggen". 2°. Gebrekkige inrichting en verkeerde ligging van de til. „In de eerste plaats is de til te klein, de duiven hebben om zoo „te zeggen, geene ruimte om daar binnen wat heen en weer te vliegen. „Op de dagen, waarop zij om beurten in het hok opgesloten moeten „blijven.zijn dus de duiven zoo goed als geheel verstoken van lichaams- „beweging, die toch voor de diereu zoo noodig is. „Wel bevat de til de noodige kubieke ruimte, waarop volgens het „voorschrift per koppel duiven gerekend moet worden, doch men „verlieze hierbij niet uit het oog, dat het een groot verschil uitmaakt „of eeu til bijv. 100 M3. voor 100 koppels bevat of wel 5 M3 voor „5 koppels. Daar het niet aan te nemen is, dat in de groote til „van zooeven alle duiven tegelijk zullen rondvliegen, zoo heeft elke „duif daarin afzonderlijk veel meer vliegruimte dan in de kleine til. „M. a. w. de til moet vooreen klein aantal duiven betrekkelijk veel „grooter zijn dan voor een groot aantal. 7)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 67