202
■op steen over te brengen dus evenals tot het vervaardigen van
blauwdrukken noodig is en van dit beeld volgens de op blz. 198
vermelde methode zooveel afklatschen te maken als er gravure-
steenen vervaardigd moeten worden. Na het overbrengen wordt
de afklatsch dan met fijn roodsel droog ingewreven om het beeld
beter zichtbaar te doen zijn en wordt overgegaan tot het gra-
veeren der lijnen.
De volgorde der werkzaamheden is dus bij de gravure geheel
dezelfde als bij de photolithographische methodede teekenaar
doet op zijn blauwdruk hetzelfde als de steen teekenaar op den
van een afklatsch voorzienen steen. Het laatste is tijdrooven-
der, doch levert fijner en beter werk.
Is de gravure gereed, dan wordt de steen geolied (met klap
perolie), waardoor verkregen wordt, dat de later op te brengen
drukverf in de groeven blijft zitten, terwijl het water, waar
mede de steen vóór het drukken bevochtigd wordt, van die
groeven wordt afgestooten, zoodat dit dus alleen op het ge
polijste deel van den steen aanwezig is. Deze steenen mogen
natuurlijk niet geëtst worden, daar de groef dan juist geen druk
verf meer zou aannemen. Men vindt dan ook in het etsen een
middel om fouten weg te maken; is nl. een lijn te ver of
verkeerd getrokken, dan wordt het stuk dat later niet tevoor
schijn mag komen—dus geen drukverf mag aannemen—bestreken
met een mengsel van phospor of salpeterzuur, gom en water.
De steenen voor de vlakke tinten worden bij de gravure
techniek in den regel op dezelfde wijze vervaardigd als bij de
photolithographische methode, wordende de noodige afklatschen
verkregen door overdrukken van de gravuresteenen, om eene
betere sluiting te verzekeren. Eene uitzondering hierop maakt
echter het blauw der ingevulde rivieren en meren op de kaarten
van de Padangsche boven- en benedenlanden, schaal 180.000,
-dat rechtstreeks op den blauwsteen gegraveerd is.
Het verveelvuldigen van het op den gravuresteen aangebrach
te beeld kan nu op twee wijzen geschieden en wel
le door rechtstreekschen afdruk van dien steen, en
2e door het beeld op een anderen steen over te drukken en
van dezen laatsten de noodige afdrukken te nemen.
Het voorname onderscheid tusschen deze beide wijzen is,