221
Door de drift over te steken, onder dekking van 4 vuur
monden die het eerst aankwamen, werden de 3 laagers met hun
geheelen voorraad genomen. French hevond zich nu op den kortsten
terugtochtsweg voor Cronjé naar Bloemfontein.
Een poging om de operatiën van den dag naar den opperbe
velhebber te seinen mislukte, waarop het bericht door twee
vrijwilligers werd overgebracht.
Hoezeer het ook van belang was den marsch den volgenden
dag voort te zetten, omdat elk oponthoud in het voordeel van
den vijand was, kon dit niet geschieden vóór de infanterie
was aangekomen, omdat de driften bezet moesten blijven ten
einde den weg naar Bloemfontein voor Cronjé afgesloten te
houden.
Op den 14en gaven de Boeren van hun aanwezigheid blijk,
door van niet verren afstand enkele granaten in de Engelsche
bivouaks te schieten, zonder dat daardoor schade werd veroor
zaakt.
Een afdeeling die zich in O. richting langs den N. oever
bewoog, blijkbaar om de sterkte der Engelschenuitte vorschen,
werd verdreven.
Om 4 uur n.m. kwam de trein aan en konden voorberei
dingen worden getroffen voor den tocht naar Kimberley. Het
medevoeren van fourage leverde groote moeilijkheden op; een
deel der troepen toch had geen haverzakken, zoodat de mantel-
en mondzakken met haver gevuld moesten worden. Ook op
de beschikbare vrije paarden werd dit voeder geladen. Daar
slechts enkele hiervan den tocht naar Kimberley volbrachten,
ging een groot deel van het voedsel verloren.
De artilleriepaarden waren zoozeer uitgeput, dat ze moesten wor
den aangevuld uit de trekpaarden van den trein, die bijgevolg
gedeeltelijk moest achterblijven.
In den nacht van den 14en bereikten de voorste infanterie-
afdeelingen de Modderrivier, waardoor de cavalerie gelegenheid
kreeg haar opdracht te volbrengen. Den volgenden morgen
om uur v.m. was alles gereed voor een van de stoutmoe
digste ondernemingen, die zij in den loop van den oorlog heeft
volbracht.
Als volgt marcheerde zij af: 3e brigade (een reg. voorhoede),
Dl. I 1904. 15