271
De Staat stond per school eene uitkeering toe voor ééns van
R. 150.000 voor gebouwen en inrichting. De instandhouding kan
voor 2 tot s/4 ten laste van den Staat komen.
Het doel dezer scholen is de zoons van behoeftige familiën van
den erfelijken adel de voor den officiersloopbaan noodzakelijke op
voeding te verschaffen en hen voor te bereiden voor de opname
in de jonkerscholen.
De cursus is 5 jarig, de hoofdofficieren-directeur staan onder
den inspecteur van het militair onderwijs.
De leerlingen worden verdeeld in betalende en niet betalende.
De eersten betalen per jaar R. 200.
De leerlingen dragen uniform en worden geplaatst aan de
school bij keuze. Deze geschiedt op bijeenkomsten van verte
genwoordigers en hoofden van den landadel, die de oprichting van
de school verzocht. De leeftijd der aspiranten wisselt tusschen
11 en 15^ jaar. In verband met hun ouderdom en den uitslag
van het toelatingsexamen worden deze cadetten in de le, 2e of 3e
klasse geplaatst. Vorenbedoelde keuze is onderworpen aan de
goedkeuring van den inspecteur van het militair onderwijs.
Het onderwijs is geregeld als bij de cadettenkorpsen, doch be
halve Russisch wordt ook Fransch en Duitsch onderwezen.
Is de vijfjarige cursus met goed gevolg doorloopen, dan kun
nen de cadetten zonder nader examen overgaan bij de jonker-
scholen. Bij zeer goede resultaten bestaat de mogelijkheid om,
eveneens zonder examen, over te gaan in de 6e klasse van het
cadettenkorps. De voordracht hiervoor moet door de vertegen
woordigers van den betrekkelijken landadel worden gedaan.
Onderricht wordt gegeven door militaire en burgerleeraren,
dat in de vreemde talen is in alle klassen aan leeraressen opge
dragen. Deze kunnen ook in de drie laagste klassen les geven
in andere vakken.