18
de practijk niet anders dan een gansche omwenteling in de tot
nu gevolgde regeling zal teweegbrengen.
En niettemin, toch is die wijziging in vorming noodzakelijk.
Wie dit nog ontkent geeft blijk, 't zij door zelfverblinding, 't zij
door onkunde, niet mede te kunnen gaan met zijn tijd en tevens
toont hij geen juist besef te hebben van de eischen, die de
tegenwoordige oorlogvoering aan ieder soldaat stelt. Hij, die
meent den hedendaagschen recruut voor zijn zware taak in den
toekomstigen oorlog voldoende te kunnen onderleggen en voor
te bereiden door hem naar een systeem te drillen, hetwelk
eeuwen geleden óók reeds werd gevolgd, moest er dunkt ons
maar verder van afzien naar verbetering te streven, daar elk
middel, dat zoo iemand kan aanprijzen, niet anders dan een
lapmiddel zal kunnen zijn. De opleiding immers moet zich re
gelen naar de menschen die men op te leiden heeft en hoe kan
dit eerste artikel van de grondwet der opvoedkunde, óók van
de militaire opvoedkunde, gevolgd worden, indien men den te-
genwoordigen recruut, met zijn reeds verworven schoolkennis
en zijne begrippen omtrent sociale gelijkheid, op één lijn blijft
stellen met den huurling en analphabeet uit Napoleons tijd'?
Wanneer ooit de blinde en zelfgenoegzame afzondering, waarin
de militaire gemeenschap zich steeds opsluit, kan worden bewe
zen, dan is het wel hier bij de vorming van den recruut, de vor
ming, die zich steeds wist te wijzigen naar een nieuw ingevoerd
systeem van geweer of kanon, maar die nimmer toonde zich te
kunnen aanpassen aan de zoo geheel veranderde tijdsomstandig
heden, waaronder het op te leiden individu tegenwoordig leeft,
streeft en werkt.
Het voorgaande hebben wij gemeend te moeten zeggen om
zoo min mogelijk aanleiding te geven tot de beschuldiging van
ketterij, als onze hiervolgende beschouwingen, en de daaruit te
trekken besluiten, te gewaagd mochten toeschijnen, omdat zij
zoo geheel verschillen van de tot nu gekoesterde denkbeelden.
Wij hopen dat men zich op een ruim uitzichtgevend standpunt
zal weten te plaatsen en het oog niet zal laten benevelen door
in sleur aangenomen denkbeelden of vooroordeelen. Men dient te
bedenken, dat we het hier over het recrutenonderwijs hebben,
over het eerste element als bestanddeel van alle militaire ken-