38 geen ander hulpmiddel dan overvloed van patronen. Hij kende geen overgeërfde neiging tot den strijd van man tegen man, of om zijn tegenstander dichter te naderen dan noodig was voor een juist schot. Hij beschouwde het vuur niet als middel om den aanval te dekken, zijn vuur was zijn aanval en zijn eenig streven bestond daarin dit zoo juist mogelijk af te geven. De onverdeelde opperheerschappij van het vuurwapen was van den beginne af de grondslag van het Boeren militaire systeem. Zijn denkbeeld van vechten was niet samengeweven met tra dities van ridderlijkheid, vaderlandsliefde en zelfopoffering; hij ging uit om te dooden, zooals hij uit zou zijn gegaan om ge vaarlijk wild te schieten; hij maakte geen streng onderscheid tusschen jacht en oorlog, voor beide werden dezelfde wapenen gebruikt en dezelfde strijdwijze toegepast. Dezelfde behendigheid om zijn doel ongemerkt te naderen, hetzelfde geduld om diens nadering over het open veld af te wachten, dezelfde doodelijke juistheid wanneer het eenmaal onder schot was, dezelfde snelheid om in het zadel te springen ten einde te vervolgen of te vluchten, werden vereischt, hetzij het doel springbok, leeuw of mensch was. Het verspreid optre den en de omtrekkende bewegingen, eigenaardigheden van de tactiek der Boeren, waren evenzeer dienstig tegen een kudde wild als tegen den inboorling, of om de grens tegen invallen te beschermen. Bij den strijd tegen de Matabelen leerden ze zich verdedigen achter een barricade van ossenwagens, een strijd wijze, die zij later nog zoo menigmaal met succes toepasten. Zoo vielen den I6en December 1838 10000 Zoeloes onder Dingaan bij de Bloedrivier een Boerenlaager aan, van nog geen 500 man onder Pretorius. 3000 Zoeloes bleven liggen en slechts 3 Boeren werden licht gewond. In deze oorlogen pasten de Boeren het eerst de methode toe om naar den naderenden vijand te galop- peeren, een salvo af te geven, terug te galoppeeren om de ge weren te herladen en daarna de manoeuvre te herhalen. Tegenover moderne vuurwapenen is deze methode moeilijk uit voerbaar, hoewel de Boeren haar bij enkele gelegenheden in den laatsten oorlog toepastendoch de grondgedachte, den vijand op een afstand te houden en hem het naderen voortdurend te be letten, was een kenmerk van de Boerenvechtwijze.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 54