561 open terrein de vervolging vergemakkelijkte; doch dit alles telde Cronjé niet, de rechte weg trok hem aan. Om 2 uur 's morgens van den 16en werd bevel tot oprukken gegeven en de kleine afdeeling (4500 Boeren) met haar 6 vuur monden en 300 voertuigen zette zich in beweging. Den 16en in den vroegen morgen beproefde French tevergeefs de Boeren te vervolgen, die Kimberley belegerd hadden en met hun Long Tom terugtrokken, 's Avonds te Kimberley terug gekeerd vernam hij den terugtocht van Cronjé en kreeg bevel hem op te houden totdat de infanterie Cronjé zou hebben inge haald. Zijn paarden waren echter zoo afgemat, dat hij er nauw- lijks in slaagde 1200 ruiters en enkele vuurmonden marschvaardig te maken. Met deze afdeeling begaf hij zich den 17en naar Koedoesrand. Om 6 uur 's morgens (van den 16en) bewoog Cronjé zich ter hoogte van de Klip, evenwijdig aan de rivier, op IJ mijl afstands van de drift en van daaraf zichtbaar. Op hetzelfde uur begon de Engelsche bereden infanterie de Klipdrift over te steken, met het doel naar Kimberley op te rukken. Kitchener, die met de leiding belast was, bemerkte de stofwolken door de Boeren opgejaagd. Onmiddellijk besloot hij de troepen van richting te doen veranderen. De bereden infanterie, reeds op den rechteroever der Modder- rivier, moest de Boeren inhalen en tot staan trachten te brengen, terwijl de 6e divisie (Kelly-Kenny) den vijand uit het Z. zou aanvallen. Onmiddellijk werd de opperbevelhebber hiermede in kennis gesteld, die de genomen maatregelen goedkeurde. Het verlaten van Magersfontein en de terugtocht van Cronjé op Bloemfontein beteekenden niet minder dan een algeheele wijziging van het oorspronkelijke Engelsche operatieplan, omdat het leger nu snel een zwenking naar het O. moest maken om Cronjé te vervolgen en zoo mogelijk te omsingelen. Methuen werd met de 9e brigade en de Garde naar Magers fontein gezonden, met bevel om de Garde van daar ter vervol ging af te zenden. Het uitvoeren van een dergelijke zwenking gaat steeds met groo- te moeilijkheden gepaard, vooral met het oog op den vivresopvoer. Dl. I 1904. 38

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 577