64
de vijand zijne dooden en gewonden bracht, met dat gevolg,
dat de vijand den stormloop niet afwachtte, doch het hazen
pad koos. Hier werd nu de troep verzameld, eenigen tijd
gerust en om half tien 's morgens langs denzelfden weg de te-
rugmarsch aanvaard. Ter hoogte van de mesigit gekomen, ont
ving de voorhoede plotseling vuur uit de linkerflank, wat ons 3
gewonden kostte, waarvan 2 zwaar. Door onmiddellijk afgegeven
salvo's werd de vijand verdreven; hij viel ons verder niet meer
lastig. De le luit. der mariniers Copius Peereboom kreeg een
zonnesteek en stierf eenige uren daarnaook een der zwaar ge
wonden was intusschen overleden, zoodat de verliezen onzerzijds
op dezen dag bedroegen: 2 dooden en 2 gewonden.
Den 17en Febr. werden de troepen, die aan de excursie hadden
deelgenomen, in de sloepen en stoomjachten weder naar de reede
en aan boord teruggebracht, onderweg het peloton te Rantau
Pakam opnemende, waar in dien tusschentijd niets bijzonders
was voorgevallen. De „Ternate" bracht de le mob. colonne naar
Tg. Poera terug, waar wij den volgenden morgen aankwamen
en door de 2e mob. colonne en de burgerij hartelijk werden verwel
komd dienzelfden middag marcheerden wij naar onze standplaats
Tg. Selamat, waar ons op de estate een nieuw onthaal wachtte.
Toestand. Nauwelijks waren de troepen de rivier afgezakt
om naar hunne garnizoensplaatsen terug te keeren, of de vijand
begon de post Seroewaij dienzelfden avond (17 Febr.) opnieuw te
beschieten en leverde zoodoende het bewijs hoe weinig de excursie
had uitgehaald. Misschien ware het beter geweest, wanneer de
troepen dezen post niet hadden verlaten, voor en aleer genoegzame
waarborgen waren verkregen voor de rust en de veiligheid, doch
dan liep men de kans, dat de vijand door de Serang Djaja streek
zou trekken, wat ook minder gewenscht was.
Hoe het ook zij, de vijand nam nu alles terug, wat hij aan
vankelijk verloren had, werd overmoedig en dwong de Tamian-
gers, waaronder er wellicht waren die force majeure moesten
meedoen, nog meer tot het verrichten van allerlei oorlogshan
delingen. Zoo werd de gemeenschap tusschen Seroewaij en de zee
opnieuw verbroken. Tot gevechtsterrein werd de ladang bij Pasir-
Poetih uitgekozen, die vergroot werd tot een lengte van ongeveer