7
nomen, met aanwending van progressieve trekken en gelei bami
den aan het projectiel. W
Munitie. *•-<-
Het gewicht van het projectiel is van het grootste belang l"
zoowel wat betreft de uitwerking als met het oog op het trans
port op draagdieren, m.a.w. het gewicht van het projectiel in V-
verband met de verlangde uitwerking bepaalt het kaliber van
den vuurmond.
Algemeen wordt thans aangenomen, dat een kaliber van 7 c.M.
het minimum is waartoe kan worden afgedaald, om nog zeker
te zijn van een voldoende rendement der G.K.
De energie aan de monding van het moderne veldgeschut bii
een Y0 van 500 M. bedraagt bij: 0
7.5 c.M. 83 Metertonnen.
72 (13% minder).
Waar nu bij het berggeschut over geringer V0 beschikt wordt,
kan niet beneden een kaliber van 7 c.M. gedaald worden, zon
der de uitwerking belangrijk minder te doen worden.
Bij het veldgeschut openbaart zich, ten gevolge van de gewichts
toename van het uitgeruste stuk door de toepassing van schil
den, een streven het kaliber te verminderen.
E. Zschausch zegt hieromtrent in „Einiges zur Geschoss- und
Ivaliberfrage der Rohrrücklauf Feldgeschütze" (Kriegtechnische
Zeitschrift 1903, Heft 8), na de stellingen van den generaal von
Reichenau bestreden te hebben: „Wesentlich unter das 7 c.M.
Kalibei zu gelien, halte ich nicht für empfehlenswert, denn man
wurde den vermehrten Schildschutz nur mit groszen ballistischen
Machteden erkaufen. Wenn auch das 6.5 c.M. Kaliber noch ein
biauchbares Schrapnell zulaszt, so nimmt doch die Treffsicherheit
namentlich bei gröszeren Entfernungen, mit dem Kaliber rasch ab'
Eb ware grundfalsch sich die Vorteile des geringeren Kalibers auf
Kosten der Fernwirkung erkaufen zu wollen, denn in der Fern-
wirkung liegt ja gerade die Starke der Artillerie."
Wat nu de munitieuitrusting betreft, wordt een voorraad
van 120 schoten per stuk in de batterij voldoende geacht. Snel-
vuur toch zal alleen in gewichtige en beslissende oogenblikken
woiden toegepast. Juist schieten zal hoofdzaak blijven. Aanvul-
6"5 60 (28