220
oogst scherper afteekent, namelijk dat de gewone uitgaven de gewone in
komsten overtreffen, zeer ongunstig, hij kan op grond daarvan den toe
stand der Indische financiën niet zorgelijk noemen, zooals blijkens het
Voorloopig Verslag door zeer vele leden geschiedde. Terecht toch wordt
er door andere leden aan herinnerd dat bij deze begrooting verschillende,
ten deele tijdelijke factoren samenwerken tot de vorming van een ongun
stig beeld, terwijl in de Memorie van Toelichting is medegedeeld dat maat
regelen worden voorbereid, die het financieele evenwicht meer stabiel
O
zullen maken.
Thans komende tot de beschouwingen, die in het Voorloopig Verslag
zijn gewijd aan de vraag in hoever door vermeerdering van inkomsten
of vermindering van uitgaven verbetering in den financieelen toestand
is te verkrijgen, wenscht de ondergeteekende te verklaren dat ook zijns
inziens eene belangrijke stijging van de opbrengst der landrente voors
hands niet is te verwachten. Bij de bespreking van de vermeerdering
der raming van de opbrengst der landrente voor 1905 op blz. 3 der
Memorie van Toelichting heeft de ondergeteekende slechts willen doem
uitkomen, dat de verhooging, waarop gerekend werd, van blij venden aard
zou zijn, zonder daarmede te willen zeggen dat ten gevolge van de om
standigheden, waaraan die verhooging is toe te schrijven, de opbrengst
voortdurend stijgen zou. Spoedige invoering van het Preangerstelsol in
het deel van Java waar zulks nog niet geschied is ligt, voor zoover de
voorbereidende maatregelen dit toelaten, ook in de bedoeling van het
Indisch bestuur.
Uit hetgeen op blz. 3 der Memorie van Toelichting aan de beschou
wing over de opbrengst van de patentbelasting vooraf gaat blijkt dat bij
de vermelding van de vermeerdering dier opbrengst niet over hoofd is
gezien dat zij niet onafgebroken aanhield, hetgeen eerst na 1901 het ge
val was. Het was den ondergeteekende aangenaam dat het voornemen
om tot herziening van die belasting over te gaan instemming vond; het
is de bedoeling om de herziening niet langer uit te stellen dan voor een
behoorlijke voorbereiding noodig is.
Met voldoening vernam de ondergeteekende dat het denkbeeld, om ook
door herziening van de invoerrechten versterking van inkomsten te ver
krijgen, van meer dan eene zijde werd toegejuicht. Bij de voorbereiding
dier herziening, die zich ook tot verhooging van het invoerrecht op thee
zal uitstrekken, worden de omstandigheden, waarop in het Voorloopig;
Verslag gewezen wordt, ongetwijfeld niet uit het oog verloren. De op
brengst der rechten op de Sangi- en Talauereilanden bedroeg in 1899,
1900, 1901, 1902 en 1903 respectievelijk f 1652, f 6895, f 5229, ƒ9763
en f 14014, terwijl de perceptiekosten f 4800 beliepen. In de tot de-