352
In een buiten dien driehoek gelegen punt P worden gemeten
BPC 42° 16' 51"
APC X 56° 12' 20"
Gevraagd de afstanden BP en PC te berekenen.
Arbeidtijd 3!/t uur.
Bolvormige driehoeksmeting.
I. Van een boldriehoek zijn gegeven
b 120° 55' 35"
en 88° 12' 20"
A= 47° 42' 1'
Gevraagd de zijde a te berekenen.
II. Bewijs, dat, wanneer in een boldriehoek D het midden is van AB,
cos AC cos BC 2 cos !/2 AB cos CD.
arheidlijd 11/4 uur).
Instrumenten.
I. Geef eene beschrijving van een nonius, waarmede men tot in mi
nuten nauwkeurig kan aflezen, als de cirkelrand tot in derde graden ver
deeld is; geef in 't kort aan waarop men bij het aflezen van den nonius
moet letten.
II. Hoe onderzoekt men bij een theodoliet met doorslaanden kijker of
de vizierlijn rechthoekig staat op de tweede as en hoe worden bestaande
fouten gecorrigeerd
(arbeidtijd l3/^ uur).
III. Hoe wordt het waterpasinstrument van Becker en Buddingh onder
zocht en geregeld? Hoe elimineert men de fouten van regeling bij dit
instrument?
IV. Wat verstaat men onder waterpassen? Hoe zijn waterpasbaken
ingericht? Welke zijn de eischen van regeling en van opstelling van een
waterpasinstrument en wat valt daarbij op te merken
arbeidtijd l3/4 uur).
Opmetingen en berekeningen.
I. Wat verstaat men onder de coördinaten van een punt? Hoe worden
uit de coördinaten van twee punten de lengte en het azimut van de ver
bindingslijn berekend
II. Aan welke betrekkingen moeten de gemeten hoeken en afstanden
van een driehoeksnet voldoen en geef een kort overzicht van eene een-