"V IR, X Bezuiniging. Nu men in den laatster, tijd bijna geen dagblad kan op- slaan zonder de bewijzen aan te treffen, dat bet der Regeering ernst is- met baar streven, 's lands uitgaven in overeenstemming te brengen met de inkomsten, kan bet misschien zijn nut hebben bier te wijzen op een toe stand die geleidelijk ontstaan is en die toch onmogelijk de bedoeling kan geweest zijn van de gunstige bepaling, waarvan zij het gevolg is. Ik bedoel het zonder noodzaak heen en weer trekken door den Archipel van mindere militairen, en wel voornamelijk door het vragen van paspoort naar een of andere afgelegen plaats, terwijl de man op dat oogenblik reeds het plan heeft in 't geheel niet met paspoort het leger te verlaten. Het zou de moeite loonen eens van de subsistentenkaders eene opgave te vragen, hoeveel militairen zijn doorgetrokken om met paspoort op de buitenbezittingen af te gaan, die kort daarna, als hebbende zich gereën- gageerd, weder terugkeerden met hun geheelen nasleep. Bij een gewone compagnie dienend, denkt men niet dat dit reizen zulke groote afmetingen aanneemt; bij eene subsistentencompagnie in de buitenbezittingen valt dit echter dadelijk op. Liefst worden dan plaatsen aangevraagd om het leger met paspoort te verlaten, welke aan het andere einde van den Archipel gelegen zijn, bv. uit de 3e Militaire Afdeeling op Java of de Molukken is dit gewoonlijk Medan, terwijl daarvoor van uit Atjeh de meest geliefkoosde plaatsen zijn Menado en Ambon; zelfs komt Wahaai voor, soms Merauké- Bij een subsistentencompagnie zoo'n doortrekkende op den man af vra gende wat hij op die plaatsen wil gaan doen als burger, krijgt men soms op hoogstnatuurlijken toon ten antwoord: „ik ga daar weer teekenen", of „mijn huishoudster is daar van daan, en ik wil haar gaan terugbrengen" of „ik wou dat land daar ook wel eens zien." Hoewel het bij inlanders ook vrij veel voorkomt, leveren toch percents gewijze de Europeanen van deze „reizenden" het grootste contingent. Yooral bij het Europeesche kader doet zich die lust tot reizen gevoelen, omdat zij het in de 2e klasse der paketvaartbooten beter hebben dan de fuseliers natuurlijk. Voor de Eur. fuseliers en korporaals, die met paspoort naar de Buitenbezittingen gaan, zullen de onkosten nog grooter worden dan vroeger, want nu moeten zij bij reëngagement per sé naar Java worden teruggezonden, nu zij niet meer bij de garnizoensinfanterie in de Buiten-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 429