485 - Van Augustus tot December zijn de nachten zeer koel, de middagtemperatuur is dan zeer hoog. De gemiddelde tempe ratuur is ongeveer 80° F. 8. Voortbrengselen. Welke voortbrengselen uit het delfstofïenrijk Boni zou kun nen opleveren, is tot heden niet bekend. De voortbrengselen uit het plantenrijk zijn hoofdzakelijk: rijst, djagoeng, tabak, ka toen, suikerriet en koffie; de vier laatstgenoemde echter slechts in geringe hoeveelheid. De rijst is in het algemeen van minder goede kwaliteit: ge kookt is zij hard en voor hen die er niet aan gewoon zijn moeilijk te verteren. De djagoeng is in de bergstreken het hoofdvoedsel vooi de bevolking. Tabak wordt aan de rivieroevers, suikerriet slechts voor eigen gebruik verbouwd. Vruchtboomen zijn in groote verscheidenheid aanwezig. Kundvee komt in Boni niet voor; schapen en geiten vindt men er in klein getal. De eens zoo belangrijke paardenteelt gaat sterk achteruit. Het aantal karbouwen, waarvan de prijs wis selt tusschen 25 en 35, is vrij belangrijk. Toch bestaat er gebrek aan ploegvee. Herten en wilde varkens worden in menigte aangetroffen. Honden worden er alleen op nagehouden door hen die liefheb bers van de jacht zijn. Eenden en kippen zijn zeer schaarsch. B. Het Volk. 1. Aantal Het aantal zielen kan slechts naar schatting woiden opgege ven. Zeker is het, dat de bevolking op verre na niet zoo tal rijk is als thans nog door sommigen die Boni rijk en groot wanen vermoed wordt. Nergens vindt men uitgestrekte kam pongs die voor eene talrijke bevolking pleiten. Vóór 1860, in welk jaar eenige gewesten ter grootte van 22 mijlen van Boni werden afgenomen, werd het aantal zielen op 200.000 geschat, thans bedraagt dit aantal vermoedelijk niet meer dan 70.000.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 451