529
zijns vaders niet tot vorst gekozen en wel om de volgende
reden
De regeerende vorsten van Zuid-Celebes beweren allen af te
stammen van den uit den hemel afgedaalden eersten vorst van
Loewoe. Alleen zij die zuiver Loewoe'sch bloed in de aderen
hebben (madara takkoe) mogen volgens de Boegineesche adat tot
het bestuur geroepen worden, zoodat zij die van gemengd Loe
woe'sch vorstenbloed zijn (ana tjera) van het bestuur zijn uitge
sloten. La Pawawooi's moeder nu was van gemengd Loewoe'sch
vorstenbloed, terwijl de tweede vrouw van Aroe Palakka, genaamd
Aroe Lompo, eene zuster was van Aroem Poegi, een gewezen
vorst van Boni (zie den stamboom). Uit dit tweede huwelijk was
gesproten Fatima Banri Aroe Timoeroeng, eene prinses dus met
takkoe-bloed in de aderen, en het was om deze reden, dat na
het overlijden van Aroe Palakka zijne dochter tot vorstin werd
gekozen. Deze overleed den 26en Januari 1895 van verdriet
over de gedragingen van haren echtgenoot Kraëng Popo en liet
een 13 jarige dochter na, genaamd Basse Daeng Baoe of ook wel
Boenga Soetana. De Prins gemaal, Kraëng Popo, trachtte zich
onmiddellijk tot vorst te doen verkiezen, doch La Pawawooi,
die indertijd door zijne halfzuster tot Rijksbestierder over Boni
was aangesteld, wist te bewerken, dat de 13 jarige Basse Daeng
Baoe tot opvolgster werd gekozen, terwijl men de eindbeslissing
aan het Gouvernement zou overlaten, aan welke beslissing men
zich zou onderwerpen. Daar de Prins gemaal een Gowarees was
en de erfprinses zou trouwen met den oudsten zoon van den tegen-
woordigen bestuurder van Gowa, vreesde het Gouvernement, dat,
bij verkiezing tot bestuurshoofd van een dezer beiden, Boni onder
Gowareeschen invloed zou geraken en maakte daarom bezwaren
tegen de keuze van Kraëng Popo of van zijne dochter. De Gou
verneur van Celebes wenschte in eene vergadering van de Hadat
de zaak te bespreken en het bleek hem nu, dat men het liefst La
Pawawooi tot vorst gekozen zag. Tegen die keuze bestonden geene
bezwaren, zoodat genoemde prins op den bestuurszetel van Boni
plaats nam, alhoewel dit in strijd was met de Boegineesche adat.
Kraëng Popo verliet de hoofdplaats, na de rijkssieraden aan
La Pawawooi te heben afgestaan, vestigde zich aanvankelijk te
Palakka, vertrok echter nog hetzelfde jaar naar Gowa, alwaar