67 - gewicht bijna x/2 K. G., hare lengte ruim 0.2 M. minder bedraagt. Een vuurwapen van 1.16 M. zoude naast een houwwapen moeilijk te hanteeren vallende karabijn in de linkerhand, als dekkend, beschermend wapen, kan met voordeel het gebruik van de sabel door de rechterhand steunen; met het geweer, ook dat van 1.16 M. lengte, eischt zulks buitengewone kracht in het polsgewricht. De karabijn moet dus het vuurwapen worden tegenover den inlandschen vijand. Evenwel worden aan dit korte wapen eenige nadeelen toegeschreven, die naast andere factoren (o.a. het kost bare eener verwapening) zijn invoering vermoedelijk in den weg zullen staan. De voornaamste daarvan zijn de minder goede ballistische eigenschappen en het bezwaar, dat het vuren op twee gelederen, beide staande of knielende, niet wel doenlijk is. Het eerstgenoemde nadeel verliest tegenover den I. V. zooveel van zijn waarde, dat het verder niet in aanmerking komt. Van meer belang is het tweede. Vooral omdat het Exercitie-Reglement II in punten 609 alinea 8, 610 alinea 2, 617, 618 alinea's 2 t/m 4, 629 alinea 1 en 682, in verband met Exercitie-Reglement I, punten 182 en 185, nog spreekt van gevechtsopstellingen op twee en meer gelederen en het vuren daaruit, kan aan dit tegen argument niet alle kracht worden ontzegd. Doch nu de vuurkracht van één gelid met M. '95 gelijk staat aan die van twee gelederen met Beaumontsin een geregeld gevecht, zeer zeker op open terrein, het zelfs .wenschelijk i? breede vuur- fronten te ontwikkelen (Exercitie-Reglement II punt 609 alinea 8, punt 628 alinea 2) en ons bedekt terrein hoogstens een marsch met tweeën toelaat, waarbij dan elk gelid, bij het halt houden, naar buiten front maakt, lijkt het niet dwaas voor gesloten afdee" lingen ook te lezen„gesloten op één gelid". In elk geval wordt deze vechtwijze zeer vaak toegepast, en waar zulks niet wen schelijk is, kan door het knielen van het voorste gelid, terwijl het achterste blijft staan, in de behoefte aan vuur op twee gelederen worden voorzien. Vuur op vier gelederen vormt zulk een zeld zame uitzondering, dat het niet aangaat, voor het bijna hersen schimmige voordeel dat vuur te kunnen afgeven, alle andere wer kelijk bestaande en tastbare voordeelen over het hoofd te zien, omdat zij het eerstgenoemde uitsluiten. En danhet reglement is geen star, onfeilbaar, onverander-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 81