aanvulling van den thee en drinkwatervoorraad, en zoo noodig
een rust van plm. 1 uur voor uitreiking en gebruik van den
avondmaaltijd.
I. Voeding van Man en Paard.
Er bestaan twee methoden van verpleging bij spoorwegver
voer n. 1.
1. die, waarbij op te voren aangegeven stations voorraden
levensmiddelen enz. worden verzameld, de maaltijden door de
zorg van de stations Commandanten op die stations worden bereid
en aan de onderdeelen worden verstrekt zoodra de trein binnen
komt. Daarbij wordt onderweg niet gekookt, (K. W. opgeladen, 4
per Z.-wagen), terwijl de troepen zelf allleen hun noodrantsoen
bij zich hebben;
2. die, waarbij de benoodigde levensmiddelen in den trein worden
meegevoerd en waarbij gedurende de reis kan worden gekookt.
(2 K. W. op een Z.-wagen).
Hoewel aan de eerste methode ook wel voordeelen verbonden
zijn (o.a. verstrekking van betere maaltijden, minder spoorweg-
materieel noodig) verdient toch o.i. de onder 2e genoemde methode
de voorkeur, o.a. omdat zij het vervoer zelve niet aan bepaalde
„eet-stations" bindt. Zij wordt dan ook in Ned. Indië toegepast.
Men is hierbij onafhankelijk van de plaats waar men zich bevindt
en ook bij stagnatie in het vervoer is men er zeker van een
maaltijd te kunnen verstrekken.
Dat echter bij deze methode aan de goede voorbereiding en
uitvoering der verpleging nog wel een en ander vastzit zullen
wij trachten te doen blijken uit een voorbeeld, waarbij de ver
pleging in z'n geheelen omvang van een per spoor vervoerd
onderdeel in beschouwing zal worden genomen.
Wij nemen daartoe aan, dat de I Divisie, na gemobiliseerd te
zijn van haar vredesgarnizoenen uit moet worden geconcentreerd
in de omgeving van Soerabaja. Dan zal dus spoorwegvervoer
plaats hebben van Weltevreden-Meester Cornelis via Cheribon-
Kroja naar Soerabaja en van Buitenzog-Bandoeng-Tjimahi even
eens via Kroja naar het zelfde eindpunt.
Wij nemen aan dat een gemobiseerde Divisie in 30 treinen
kan worden vervoerd en stelden daartoe samen bijlage 1 een
verdeeling der verschillende onderdeelen over de treinen en bij
lage 2een schematische voorstelling van een spoorweggraphiek
voor het bedoelde vervoer. Wij ontveinzen ons daarbij niet dat
zoowel bijlage 1 als bijlage 2 er in werkelijkheid heel anders
uit zullen zien, doch voor het doel dat wij ermee beoogen doet
het er weinig toe of de troepen in meer of minder treinen wor
den vervoerd en of de graphiek een veel ingewikkelder beeld te
358