in lengte en breedte bij niet-waargenomen vuur). Doch zelfs bij waarneming is het benoodigde munitieverbruik nog aanzienlijk, want nadat de batterij tot zwijgen is gebracht, waarvoor, afhan kelijk van den afstand, 100 tot 200 schoten 3j van 7,5 cm. en 40 tot 100 schoten van 10,5 cm. binnen 5 minuten noodig zijn (ongerekend het inschieten), moet de neutraliseering worden onderhouden, hetgeen nog ongeveer 60 tot 40 schoten per uur vereischt (bij niet-waargenomen vuur moeten eerstgenoemde ge tallen met 2 a 3 vermenigvuldigd worden). Daarom moet bij ons het criterium zijn de vraag: hindert de vijandelijke batterij de eigen troepen? Zoo ja, dan hangt het van de mate van last, welke de eigen troepen daarvan onder vinden af, of de eigen artillerie daartegen wordt ingezet. Zoo niet, dan late men de vijandelijke batterij rustig doorschieten, doch houde nauwkeurig aanteekening van de ontdekte plaats, bereide het vuur erop voor en wachtte het geëigende oogenblik af om haar tot zwijgen te brengen. Men vergete niet, dat onze artillerie als zij vuurt, zich bloot stelt aan ontdekking, dat voor het bestrijden van één vijandelijke batterij minstens twee, liefst drie eigen batterijen noodig zijn en dat de bezwaren verbonden aan stellingverandering in oorlogstijd zeer groot zijn (vliegergevaar, topografisch verband in de afdee- ling, verbindingen, verplaatsing der gereedgestelde munitie), ad b. Storende vuren kunnen tot doel hebben 1. verontrusten van den vijand door telkens herhaald vuur op voor hem belangrijke punten (kantonnementen, ontlaadplaat- sen, aanvullingsplaatsen, enz.); 2. den vijand gedurende een bepaalden tijd het gebruik van een bepaald punt of weggedeelte te ontzeggen. ad 1. Dit vuur kan zoowel met als zonder waarneming worden afgegeven. Groote vuurdichtheid is onnoodig; het is vol doende als het gevoel van een voortdurend dreigend gevaar levendig wordt gehouden. Het munitieverbruik hierbij is moeilijk te bepalen en hangt af van de verlangde resultaten (welke echter weer bezwaarlijk zijn aan te geven) ad 2. Dit vuur wordt overdag vrijwel steeds afgegeven zonder waarneming; immers, indien deze mogelijk is, dan wordt uitsluitend gevuurd op die oogenblikken, dat inderdaad vijandelijke afdeelingen het gekozen punt of weggedeelte trachten te passeeren en wordt vuur gebracht op die afdeelingen, niet op het terreinpunt. Evenals bij het vuur ad. 1. wordt gevuurd met korte vuurstooten (bijv. 4 tot 12 schoten) met onregelmatige, niet te lange vuurpauzen. Voor het min of meer ernstig hinderen van het verkeer 2) Na inschieten op het doel. 880

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 6