9? afgestaan aan zijn zoon om zich te beter aan de zaak van het protes tantisme te kunnen wijden; de keizer schonk Baden aan zijn katholieken neef Willem van Baden-Baden (1). Wanneer de markgraaf tijdig zijn leger bij dat van Mansfeld had gevoegddan had Tilly waarschijnlijk het veld moeten ruimen en het beleg voor Heidelberg niet kunnen voortzetten (2). In de Republiek meende men dat hertog Christiaan van Brunswijk zich in het Munstersche ophield, terwijl zijn hoofdmacht naar de Palts was getrokken met achterlating van eenige ruiterij onder graaf Herman Otto van Stirum, die het land geweldig brandschatte (3). Hertog Christiaan leed op 20 Juni een geduchten nederlaag bij Hoechst (ten westen van Frankfort) en voegde zich met het overschot zijner troepen bij Mansfeld in Hessen-Darmstadt. Groot-BrittanniëDenemarken en Saksen onderhandelden met den keizer omtrent het herstel van keur vorst Frederik in zijne erflanden, maar de keizer wilde daarvan niet hooren, zoolang Mansfeld en Christiaan niet waren afgedankt. Ten tweede male verloor de paltsgraaf allen moed; hij ontsloeg de bevel hebbers uit zjjn dienst (23 Juli) en stelde Heidelberg, Mannheim en Frankenthal onder de zwakke hoede van zijn schoonvader (4). Onbewust van het ontslag, wilden beide bevelhebbers hunne troepen, 15000 man te voet en 10000 ruiters, door Lotharingen naar den keurvorst voeren, die intrek had genomen te Sedan bij zijn oom, den hertog van Bouil lon (5). Mansfeld bood nu aan om zijne troepen naar de Noordelijke Neder landen te voeren. De Staten-Generaal namen den voorslag aan, doch wenschten dat hij alvorens een der provinciën van de Zuidelijke Neder landen zou bezetten om Spinola te noodzaken het beleg van Bergen-op- Zoom op te breken, Frankrijk te vrijwaren voor de aanwezigheid van een talrijk leger (6). Vooral dit laatste viel niet gering te schattenMans feld toch kon niet rekenen op toevoer van levensmiddelen en andere 7 (1) George Frederik, geboren in 1576, overleed in 1658. Zijn zoon Frederik Y kreeg eerst bjj den vrede van Munster (1648) zijn door den oorlog geheel verwoost land terug. (2) Res. S. G. 17 Mei 1622. Bij den marsch van Tilly naar Heidelberg Ie lende- „raain a l'aube du jour, on donna a chacun cavalier un chapeau d'avoine pour rafraichir „leurs chevaux". (Robaulx de SouMoy. „Histoire des guerresdu Palatinat"). (3) Res. S. G. 15 Mei. De Staten-Generaal gelastten den graaf met brandschatten en rantsoeneeren op te houden (Res. S. G. 30 Mei 1622). (4) Tilly maakte zich nog in 1622 meester van Heidelberg en Mannheimin 1623 van Frankenthal. (5) Res. S. G. 27 Juli 1622. (6) Ros. S. G. 30 Juli, 8 en 9 Augustus; Res. R. v. St. 31 Juli en 5 Augustus. Feitelijk namen de Staten-Generaal Mansfeld in hun dienst (Seer. Res. S. G. 5 Augustus en 10 October 1622). Om Bergen-op-Zoom te kunnen ontzetten was uitbreiding van het leger hoogst nood zakelijk. De overeenkomst met Mansfeld maakte elke aanvulling van het leger overbodig. Aanbiedingen van Johan van Dorth, heer van der Horst, om 1000 paarden en 1000 dra gonders, van Johan van Saller om 1000 soldaten en 300 paarden in dienst der Generaliteit te brengen, werden afgewezen (Res. S. G. 2 September 1622).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 121