121 om de voor andere doeleinden bestemde subsidie van Venetië aan te spreken tot betaling van de ongerepartieerde compagnieën en van fortificatiewerken (1). Ook elders liep 't spaakhet garnizoen van Does burg maakte zich wegens niet ontvangen van servies-gelden schuldig aan wanbedrijven; de compagnie van kolonel Diederik van Dorth stond wegens gebrek op verloopen; kleine voorschotten door Holland konden niet helpen (2). De Raad kwam al weder aan met een „propositie tot „consenten" voor het volgende jaar. Dat de consenten achterbleven was deels ook het gevolg van voortdurende geschillen tusschen de leden der provinciale staten onderling omtrent het bedrag der door de stemheb bende steden op te brengen lasten (3). Tegenover de machtsontwikkeling bij den vijand in 1624 bleek vreemde hulp onmisbaar om een behoorlijke strijdmacht op de been te brengen, zoodat buitengewone gezanten naar de hoven van Londen en Parijs werden afgevaardigd (4). Engeland haatte Spanje levendig en het parle ment toonde zich alleszins geneigd om de Republiek te ondersteunen; op 5 Juni kwam het te Londen tot een defensief verbond met koning Jacobus tot bewaring „preservation" der Yereenigde Nederlanden en herstel van keurvorst Frederik Y van de Palts. De koning stond een lichting toe van 6000 man, bij wijze van voorschot te onderhouden op zijne kosten', doch onder eede en in dienst van de Generaliteit. Weder- keerig moest de Republiek bij een aanval op Groot-Brittannië 4000 man of een gelijkwaardige som aan geld leveren; de afrekening zou na het sluiten van vrede of bestand geschieden (5). In Juli zetten de eerste Engelsche soldaten voet aan wal; de vier regimenten (van 12 compag nieën) waarin de 6000 nieuwe Engelschen verdeeld warenstonden onder de graven van Southampton, Oxford Essex en van baron Willoughby (6). De waardgelders werden nu afgedankt (7). Met Lodewijk XIII kwam op 18 April te Compiègne een verbond tot stand, waarvan de aggreatie eerst op 30 September de vergadering der Staten-Generaal bereikte. De voornaamste bepalingen behelsden (8), dat de (1) Res. S. G. 2, 3 en 10 Mei, 27 Juni en 12 Augustus; Res. R. v. St. 4 Juni 1624. (2) Res. S. G. 28 Augustus, 14, 17 en 25 September, 1 en 80 October, 7 December 1624. (3) Res. S. G. 1 en 25 November 1624. (4) Francois van Aerssen, heer van Sommelsdijk, en Albert Joachimi togen naar Londen. Hendrik van Essen, Nicolaas van Bouchorst, heer van Noordwjjk, en Adriaan Paeuw, heer van Heemstedenaar Parijswaar respectievelijk Noël de Caron en Gideon van Boetzelaer heer van Asperen en Langerak als gezant resideerden. (5) Archief S. G. N°. 8322 (Algemeen Rijksarchief). (6) Bijzonderheden omtrent de vier nieuwe Engelsche regimenten worden vermeld in Hoofdstuk III. (7) Res. R. v. St. 28 Juni 1624. (8) Archief S. G. N°. 8302sub 59 en 44en N°. 8322 (Algemeen Rijksarchief). De koning bestemde 38.000 livres van den eersten termijn voor geschenken aan de officieren der Fransche korpsen in Staatschen dienstwaaronder 1000 livres aan St. Allard „en considéra. „tion de ses vieux services".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 145