173 B. GENEALOGIE VAN KORPSEN. a. Het Geldersche Regiment. b. Regimenten en kolonelschappen op Holland. c. Het Zeeuwsche Regiment. d. Het Utrechtsche Regiment. e. Het Friesche Regiment. f. Compagnieën op Overijssel. g. Het Groningsche Regiment. h. Regimenten Engelschen. i. Regimenten Schotten. k. Regimenten Franschen. I. Regimenten Duitschers. m. Het Regiment Walen. n. Compagnieën Zwitsers. a. HET GELDERSCHE REGIMENT. De Staten van Gelderland drongen in 1622 bij de Staten-Generaal aan om de te hunner repartitie staande compagnieën tot een geformeerd regiment te vereenigen (1). Eerst na overlijden van Prins Maurits kon aan dit verlangen voldaan worden, tot dien tijd was dus slechts sprake van een kolonelschap, hetwelk alleen te velde tot zijn recht kwam. Jhr. Diederik van Dorth bekleedde de waardigheid van kolonel tot zijn overlijden in 1625. b. REGIMENTEN EN KOLONELSCHAPPEN OP HOLLAND. In 1609 bestonden, buiten de Garde van Prins Maurits enhetNoord- hollandsche regiment, slechts de kolonelschappen van Maximiliaan de Hornes, heer van Loeres, hetwelk in 1613 met zijn overlijden eindigde, en van Lambert Charles. Na hervatting der vijandelijkheden besloten de Staten van Holland een geformeerd dus blijvend regiment Nederlanders op te richten, hetwelk in 1623 onder de bevelen kwam van jhr. Johan Wolfert van Brederode. 1. GARDE VAN PRINS MAURITS. Jhr. Godefroy van Scheyt genaamd Wischpenningh overleed in 1610 aan zijne bij het beleg van Breitenbent bekomen wonden. Hij werd als kapitein der garde opgevolgd door jhr. Barthold van Starckenborch (1) Res. St. van Gelderland 27 Maart 1622.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 197