65 Toen berichten inkwamen omtrent het marsc.hvaardig maken van Zuid- Nederlandsche troepen, zorgde men hier te lande eveneens voor de aan wijzing van korpsen, geschut en bespannen wagens. Tot algemeene verbazing losten de militaire maatregelen der aartshertogen zich op in een marsch naar Brussel om wederspannige burgers, ontevreden over een nieuwe belasting die toch slechts „een duitje op een kanneke biers" beliep, tot reden te brengen. Yoorloopig viel geen vredebreuk te wachten en behoefden verder geen maatregelen te worden genomen (1). Intusschen gingen de geestelijke vorsten van Keulen, Trier, Munster en Paderborn voort troepen te werven (2). Meer dan eens kwam 't ter sprake om de com pagnieën voetvolk, die eerst (1606 en 1607) 100 of meer hoofden telden, daarna tot 70 verminderd warenweder op minstens 100 te brengende com pagnieën van Friesland en Groningen, eertijds 200 en 180, thans 100 hoofden, tot 150 aan te vullen; voorts, orde te stellen op een geregelde betaling der Fransche korpsen, waarvoor in langen tijd geen geld was ontvangen; eindelijk om 4000 garnizoenhouders te lichten (3). Zoo was de toestandtoen keurvorst Fkederik V de koninklijke waar digheid van Bohemen aannam. Op 4 November 1619 had de plechtige kroning te Praag plaats: in de Keur-Palts zou het bewind gevoerd worden door den paltsgraaf Johannes van Tweebruggen (4). De vooruit zichten der Republiek bij den te verwachten krijg in Duitschland waren vrij zorgelijk; 't bleek duidelijk, dat de koning van Groot-Brittannië niet krachtig partij zou kiezen voor zijn schoonzoon. Evenmin had de Paltsgraaf hulp te verwachten van markgraaf George Willem van Brandenburg gehuwd met zijne zuster Elisabeth Charlotte die na den dood zijns vaders Johan Sigismund (23 December 1619) de keur- vorstelijke waardigheid verkreeg en tot de keizerlijke partij overhelde (5). Frankrijk was machteloos door binnenlandsche twisten en onthield zich ook later. Tegelijkertijd liepen geruchten omtrent onderhandelingen tot verlenging van het Bestand (6): alleszins gewenscht voor Spanje om met Oostenrijk de vrije hand tegen Bohemen te houden, doch niet voor de Republiekaangezien de vijandelijke krachten zich over twee ver van elkander verwijderde streken moesten verdeelen. De uitbarsting van den dertigjarigen oorlog was voor menigen Duitschen potentaat het sein tot uitvoering van lang gekoesterde heerschzuchtige voornemens tegen zwakkere naburen. Hiertoe rekent een twist tusschen de 5 (1) Ros. S. G. 182023 en 26 SeptemberRes. H. 24 September 1619. (2) Res. S. G. 11—14 October 1619. (3) Res. S. G. 21 October 1619. Men koos de benaming „garnizoenhouders"omdat die van waardgelders bü de jongste troebelen een kwaden klank had gekregen. (4) Res. S. G. 25 November 1619. (5) Keurvorst George Willem geraakte geheel onder den invloed van zyn katholieken minister graaf Adam van Schwartzenberg. (6) Res. H. 19 December 1619.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 89