J 92 „eenige compagnien onder te steken en derselver soldijen door de provin ciën, waarop ze gerepartieert zijngebragt ten kantore van den ontfanger „generaal, aldaar bewaart tot afbetaling der werfgelden en voorts tot „remplacering van het ontleende geld uit de post van de recrutes, des dat „men de officieren vande ondersteken compagnien aan de hand te houden „tot doen van nieuwe lichtingen, zoodra Vriesland sig voegt na den an- „der" (1). Staten van oorlog voor 1695. De petitie van 28 October 1694 bepleitte de noodzakelijkheid om de bereikte sterkte te behouden: „het eenige middel om met securiteit, men „laate staan met eer en aensien uyt den oorlog te geraken, bestaat in een „standvastig voornemen om liever alles op te setten dan sig andermaal „onder den glimpigen schijn van vreede te sien gebragt in een staat erger „dan den oorlog selfste huys ontwapend, van buyten ontblood van vrien- „den die nagenoeg bij de hand zijn, of wel magts genoeg hebben om bij „een schielijken overval hulp te biedenondertusschen in gedurige vreese, „kommer en wantrouwenen terwijl „men vrienden en nabuiren onder aller hande voorwendsels van t'hare siet beroven, en daardoor den weg baa- „nen tot nieuwen oorlog, sig selfs geen of wijnig beter lot konnende toe leggen dan aan anderen, ten sy God Almagtig op een miraculeuse wijs „tusschen bijde komen en de saaken redde". De voornaamste veranderin gen betroffen- hoogere soldijen voor de compagnieën Zwitsers, wegens op houden van kortingen voor een gedeelte van het aanritsgeld; versterking der van de compagnieën artillerie op den voet van 1677 en 1678 redelijke traktements-verhooging voor personeel der artillerie ,tot dusverre uitslui tend betaald in de maanden van „employ" bij dienst te velde, doch thans voor vast in dienst genomen: Meerdere traktementen voor generaals„het getal derselve moest nood wendig groeijen met dat van 't crygsvolk, en dat het niemand te vergen „is te dienen sonder besoldiging". De traktementen voor titulaire kolonels, die het bevel over regimenten van generaals en anderen voerden, bleken een veel grootere last voor het land dan vermoed was en 't kon 's konings bedoeling niet zijn om het land met nieuwe traktementen te bezwaren, zooals uit de resolutie van 11 De cember 1688 kon worden afgeleid; in 't vervolg zouden aan bedoelde of ficieren extra-ordinaris- of veldtraktement niet worden toegestaan en moesten zij zich met het ordinaris traktement van luitenant-kolonel of sergeant-majoor te vreden stellen (2). Als gewoonlijk verzocht de Raad aan Hunne Hoog Mogenden om bij de bondgenooten aan te dringen op „prestatie der gedragen consenten: in zonderheid dewijl er Provinciën zijn die sig dikwijls de voldoening der- (1) Seer. Res. S.G. 29 November 1695. (2) Res. R. v. St. 29 October 1694.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 206