meer vredelievende last. als extra gereedschappen, reserve-onderdelen, persoonlijke bagage, enz., dan spreekt het vanzelf dat laatstgenoemde voorwer pen bezwaarlijk aan bommenrekken gehangen kunnen worden of op de plaats van de mitrailleurs bevestigd. Ze dienden dus op andere plaatsen te worden geborgen en daarbij was zaak niet in con flict te komen met de juiste gewichtsverdeling omdat daarvan in belangrijke mate de stabiliteit van het vliegtuig afhangt. Onze koffers kwamen op de enige daarvoor geschikte plaats: achter de zitbank van de passa gier. De vóór in de romp aanwezige ruimte, van waaruit normaal een Telefunken-zender de aether in beroering brengt, werd middels een expresselijk voor dat doel vervaardigde zeildoeken zak gemeta- morphoseerd in een bergplaats voor schroefhoe- zen, dekzeilen, gereedschapstas. kleine reservede- len enz. Deze en enkele andere voorzieningen, gecontroleerd bij een paar vluchten, bleken een goede gewichtsverdeling te geven. Midderwijl was aangevangen met het verzamelen van het benodigde kaartenmateriaal. Overzichtskaarten op schaal 1:1.750.000 waren in voldoende hoeveelheid verkrijgbaar, doch om de tocht volkomen aan het doel n.l. een oefenvlucht te zijn waarbij oriëntatie en navigatie een belangrijke rol zouden spelen, te doen beantwoorden, waren meer gedetailleerde kaarten gewenst. Bovendien zouden deze, onder slechte weersomstandigheden van zeer veel nut kunnen zijn. Dus werden uit Residentiekaarten schaal 1:750.000 routekaarten samengesteld. Wel mankeerden daaraan enkele gedeelten doch de Topografische Dienst wist met for midabele snelheid een tiental exemplaren van twee ontbrekende bladen te vervaardigen, de Fototech- nische Dienst der L.A. maakte van een ander ontbre kend stuk een verkleinde reproductie van een kaart schaal 1:250.000 en zo kwam dit belangrijk onder deel van de voorbereiding tijdig in orde. Als passagiers zouden medegaan de Commandant der L.A. Overste Wesseling. de kapitein Reerink, die de dubbele taak van navigator en fotograaf op zich nam. het hoofd van de Vliegmedische dienst Officier van Gezondheid 1ste klas Hubach (naar boze tongen beweerden om op de vliegeniers te passen) en 7 vliegeniers, waarvan één als reserve, dus als passagier. Voorts een Onderluitenant Hoofdmonteur en een Sergeant-monteur. Voor een tocht als deze, waarbij de afdeling alles inbegrepen ongeveer 3600 km. zou afleggen, voor een groot deel over woest en onherbergzaam ter rein en op de landingsplaatsen geheel op zichzelf zou zijn aangewezen, was de bezetting aan tech nisch personeel zeer gering: men kon zelfs spreken van het uiterste minimum, doch het vertrouwen in de C.V's was groot genoeg om vol goede moed op pad - het luchtpad wel te verstaan - te gaan. De monteurs hebben de gehele tocht hard moeten werken, ondanks het feit, dat zich nagenoeg geen bijzondere storingen hebben voorgedaan, doch het in- en uitpakken van de bagage, het op elke lan dingsplaats verankeren en afdekken van de vlieg tuigen en vooral het vullen met benzine en olie (dagelijks ongeveer 2400 liter benzine) namen zoveel tijd in beslag, dat meestal eerst tegen het vallen van de avond zij zich enige rust konden gun nen. Ik breng hierbij dan ook hulde aan de twee De luitenants Boogh en Roos in de F.C.ve425. mecaniciens, die een belangrijk aandeel hebben gehad in het welslagen van de tocht en het moge lijk hebben gemaakt, dat de gehele vlucht bij wijze van spreken op de minuut af volgens het tevoren vastgesteld programma is kunnen verlopen. Het lag niet in de bedoeling Medan in de kortst mogelijke tijd te bereiken, daarvoor was het een oefenvlucht en hebben we min of meer kris-kras over Sumatra gekoerst. Het was een gelukkige omstandigheid, dat het tijdstip van vertrek zodanig kon worden geko zen, dat de dag waarop het eindpunt van de reis zou zijn bereikt, de K.N.I.L.M. haar nieuwe luchtlijn op die plaats officieel en feestelijk zou openen. 24 september: Bandoeng - Palembang Het zag er vrij somber uit boven Java die 24ste sep- 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2006 | | pagina 9