54 willen zien. Wat dan weer leidt tot de kern van de vraag 'Wat moet er nog gebeuren?' Uit de beantwoording blijkt volop kennis van zaken over de techniek. Want als het gaat om 'technische weetjes' voor het publiek, wordt de plank bij het NMM nogal eens misgeslagen. Als de tentoongestelde techniek jongeren èn ouderen moet aanspreken, moeten slordigheden of onkunde worden opgelost en weggewerkt. Bovendien tast het laten voortduren daarvan de geloofwaardigheid van het museum aan. Helaas hebben sommigen al ervaren dat opmerkingen daarover neerbuigend en badinerend worden afgedaan. 'Het grote publiek ziet dat niet,' is al een veel gehoord excuus dat niet te vaak zou mogen worden gebruikt. Wat het grote publiek niet meer heeft gezien, was de dramatische opstelling van de verschillende vaandels in een vitrine in de pronkkamer. Dankzij opmerkingen hierover van enkele previewers heeft de directie van het NMM accuraat en adequaat nog voor de officiële opening op 11 december jl. gereageerd en de vaandels naar behoren tentoongesteld. Over het museumgebouw is de respons oprecht positief. Op twee aspecten na. 31% van de geënquêteerden ervaart lichthinder van de grote en hoge glazen wand. Die veroorzaakt al bij een beetje zon excessief hin derlijk veel tegenlicht. De 13m hoge ramen zouden rondom zonwerend moeten zijn. Het tegenlicht ver blindt al bij binnenkomst zodanig dat mensen nauwelijks zijn te onderscheiden. Het maakt fotograferen en filmen buitengewoon moeilijk. De objecten in de middelenhal zijn alleen naar de kern van het gebouw toe in detail te bekijken. Voor een oplossing wordt verwezen naar de aanpak van een soortgelijk probleem bij de TU Delft. De belichting van objecten in de expositie elders in het gebouw is ook een thema onder de respondenten. Donkere spookachtige kamers nodigen niet uit om er binnen te gaan en als men er is wil men er snel weer uit. Een ander aspect zijn de lange kale gangen die het museum sfeerloos maken en bij de bezoeker bunkerachtig overkomen. De ideeën en voorstellen voor de aankleding van deze ruimten zijn talrijk. Andere onderwerpen die in de enquête naar voren zijn gekomen, zijn: de expositie (31 29% respondenten), de middelenhal (55 51%), de vliegtuigen (30 28%), het ophangen van vliegtuigen (15 14%), de presentatie (21 19%) en een aantal facilitaire aangelegenheden. Tenslotte hebben de respondenten ook enkele onvei lige situaties aangegeven die moeten worden aangepast. Museaal concept. Aanbevolen wordt nog eens kritisch te kijken naar het programma van eisen voor de presentatie van de historische verzameling. Daar moet meer aan worden gedaan. Want, zo vraagt 10% van de respondenten zich af: wat staat er nou eigenlijk?' Zo zou er meer aandacht moeten zijn voor een goede balans tussen KL en KLu. Nu is er het beeld ontstaan van 'tentoongesteld wapentuig' en komt noch het leger noch de luchtmacht tot zijn recht. Sommigen stellen voor twee aparte afdelingen te maken voor land en luchtmacht: 'het geeft meer rust en het is logischer.' Wat ècht wordt gemist is het Gedachtenisboek van Gevallen Vliegers. En er wordt voor gewaarschuwd dat het NMM niet mag vervallen tot een kinderspeel tuin zoals dat sommige musea elders in het land is overkomen. De bezoekers zijn duidelijk over de informatieborden en de -displays. Er moet méér informatie en meer uitleg komen. En het moet vooral leesbaar zijn, wat nu voor velen niet zo is. De teksten staan te dicht bij de grond en de typografie is veel te klein. Inhoudelijk mankeert er aan de teksten nog het een en ander. Vooral bij de Militaire Luchtvaart zijn teksten onjuist en erg summier. Informatie over crashes en vliege ruitrusting is 'schamel'. Ook in de vitrines zijn de teksten en bijschriften erg beknopt. 10 respondenten (9%) hebben opmerkingen over de informatie in de themakamers. Zij vinden de informatie op de toegangs deuren op de begane grond niet duidelijk. Het weerhoudt bezoekers om de deuren te openen. Er ontbreken informatiebordjes en als ze er wel zijn, staat er soms zelfs verkeerde informatie op. Bezoekers worden het gemis aan informatie in de wapenvitrine gewaar, als iemand anders bezig is met het display dat wel tekst en uitleg geeft. Verlichting themaruimten. Absoluut onvoldoende scoort de verlichting in verschillende themakamers. Er hebben zich tijdens de pre view enkele incidenten voorgedaan als gevolg van de minimale verlichting in sommige themakamers en andere donkere expositieruimten. Bezoekers zijn daardoor gestruikeld of hebben zich gestoten aan obsta kels. Het gedimde licht beperkt het zicht op markeringen, de informatie is niet of nauwelijks te lezen en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2015 | | pagina 56